Voorbereiding

Leg het amandelmeel in een koekenpan op middelhoog vuur en rooster, onder voortdurend roeren, 5 minuten of tot het lichtbruin is. Iets afkoelen. Breng over naar een keukenmachine met suiker, kaneel, kruidnagel, bloem, bakpoeder, citroenschil en een snufje zout, en pulseer tot alles net is gecombineerd. Voeg boter toe en verwerk tot het mengsel op fijn paneermeel lijkt. Breng over naar een grote kom. Roer de eieren erdoor en breng met je handen het deeg geleidelijk samen. Verdeel het deeg in 2 stukken, het ene stuk is driemaal zo groot als het andere, en laat het 1 uur in de koelkast staan.
Vet een bakvorm van 34 cm x 11 cm in. Rol een groter stuk deeg uit tot een rechthoek die groot genoeg is om de bodem en zijkanten van de voorbereide pan te bekleden, ongeveer 3 mm dik. Druk het deeg voorzichtig in de pan tot op de bodem en zijkanten en snijd het overtollige deeg af. Besmeer de bodem met aardbeienjam. Koel.
Voeg restjes toe aan het overgebleven deegstuk en rol het uit op een stuk bakpapier tot een dikte van 3 mm. Knip tot een rechthoek van 20 cm x 11 cm. Schuif op een schaal, zet 20 minuten in de koelkast en snijd in reepjes van 20 x 1 cm breed. Leg de reepjes voorzichtig over de jam in een diagonaal roosterpatroon. Zet 30 minuten in de koelkast.
Verwarm de oven voor op 180 ° C. Leg de taart op een ovenschaal en bak 25 minuten of tot het deeg licht goudbruin is. Laat 10 minuten in de pan afkoelen en verwijder dan voorzichtig. Bestrooi de Linzer-taart met poedersuiker en serveer.

Ingrediënten

  • 170 g amandelmeel
  • 100 g basterdsuiker
  • ½ tl kaneelpoeder
  • ¼ theelepel gemalen kruidnagel
  • 200 g bloem
  • ½ tl bakpoeder
  • 1 citroen, geraspt
  • 180 g koude, ongezouten boter, in blokjes gesneden
  • 2 eidooiers
  • 500 g aardbeienjam
  • poedersuiker, tot stof